Beeldje ‘Source de la fontaine Mélite’ (‘Bron van de Melete-fontein’)

Op 65-jarige leeftijd is de vermaarde Franse glaskunstenaar René Lalique op zijn hoogtepunt, wanneer hij deelneemt aan de beroemde Exposition internationale des Arts décoratifs et industriels modernes (Internationale tentoonstelling van de moderne decoratieve en industriële kunst), die gehouden wordt in Parijs van april tot oktober 1925[1]. Er wordt een paviljoen aan hem gewijd op de Esplanade des Invalides, in het midden waarvan hij ‘la fontaine des Sources de France’ (‘De fontein van de bronnen van Frankrijk’) laat bouwen. Deze monumentale fontein in Art Decostijl lijkt op een achthoekige obelisk met een hoogte van 15 meter. 's Avonds wordt deze verlicht door een lichtbron van binnenuit en de waterstralen lijken op lange draden uit een spinnenweb. De kruisvormige sokkel gemaakt van cement is bekleed met glazen platen versierd met eenden en gestileerde golven. Het monument is voorzien van een koepel en bestaat uit 16 verdiepingen van elkaar gescheiden door een rand versierd met glazen platen versierd met gestileerde bloemen. Op elke verdieping zijn 8 bas-reliëfs van glas gedecoreerd met groeven waar het water langs stroomt. Lalique had 128 vrouwenbeeldjes gemaakt, die elk staan opgesteld tussen de bas-reliëfs. Het monument kreeg veel kritiek, sommigen vergeleken het met een “standaard voor medicijnflesjes”, anderen omschreven het als een “mini kariatide[2] trapsgewijs verdeeld over de schillen van een gigantische banaan”[3]! Hoe het ook zij, de fontein functioneerde als ideaal ontmoetingspunt voor bezoekers die het tentoonstellingsterrein wilden doorkruisen of voor bezoekers die de weg kwijt waren. 

Om te voorkomen dat de fontein zou worden vernietigd of afgebroken aan het eind van de manifestatie, sprak Lalique de wens uit om het te schenken aan de stad Parijs. Maar de Gemeenteraad sloeg zijn aanbod af met het argument dat zijn werk “niet alleen op de Esplanade kan blijven staan tegenover het sobere monument Les Invalides”[4]. De kunstenaar haalt uiteindelijk zijn beeldjes eraf, zet ze elk op een houten sokkel en geeft ze de namen van muzen. 

Het hier getoonde beeldje heeft als titel ‘Source de la fontaine Mélite’ (‘Bron van de Meletefontein’). Deze jonge vrouw gekleed in een draperie versierd met kralen, houdt een vis in haar handen en draagt de naam van de muze van de meditatie (Melete). Dit beeld is vervaardigd op 29 april 1924 in de glaswerkplaats in Wingen-sur-Moder, door Lalique opgezet in de Alsace in 1918. Met de aankoop van hoogstaande machines was het voor hem mogelijk een industriële en goedkope productie op te zetten van modellen per honderden of zelfs duizenden exemplaren. Hoewel het om productie aan de lopende band ging, wilde de kunstenaar toch prioriteit geven aan de artistieke kwaliteit van zijn voorwerpen. De toegepaste techniek was gieten-persen van glas, een techniek die vanaf 1830 populair was geworden in de Verenigde Staten. De mallen worden nauwkeurig uitgebeiteld om zoveel mogelijk details van het werk te kunnen reproduceren. Het gesmolten glas met een temperatuur van 1200°, wordt in een stalen mal gegoten en door middel van een zuiger met een tegenvorm geperst. Nadat het object uit de vorm is gehaald, worden de naden [5] uitgewist door middel van een slijpwiel Het doorzichtig enigszins matte glas, dat zeer gewaardeerd werd door Lalique, wordt verkregen door het stuk in twee opeenvolgende zuurbaden onder te dompelen. Vervolgens wordt het werk gepolijst met een slijpsteen om het glas te laten glanzen en om bepaalde reliëfs te accentueren. De zachtheid van het glas en de levensvreugde die wordt uitgestraald door deze vrouwelijke figuur nodigen ons uit tot meditatie.

[1] Deze manifestatie is een referentie naar de vestiging van de art-decostijl, een term die rond 1960 werd uitgevonden om de artistieke beweging aan te duiden die begin 20ste eeuw was ontstaan als reactie op de decoratieve stijl van de Art nouveau. 
[2] Verticaal ondersteunend architectuurelement in de vorm van een vrouwenbeeld.
[3] Marcilhac Félix, R. Lalique, Catalogue raisonné de l’œuvre de verre, Les éditions de l’amateur, Paris, 1989, p. 92.
[4] Ibidem, p. 94.
[5] De scheidingslijn tussen de twee delen van de schenkvorm.

Numéro d'inventaire FLORA
GC.VER.08a.1955.63708 (55/138)
Auteur
René Lalique (1860-1945)
Année d'exécution
1924
Dimensions
H sans socle 54,3 - l 10,8 cm