Art deco in keramiek







Een reeks vazen in de collecties van het Grand Curtius getuigt van het succesverhaal van de keramiekfabriek Keramis en haar ontwerper Charles Catteau (1880, Douai – 1966, Nice). De samenwerking begon in 1906, toen Catteau naar La Louvière verhuisde om als ontwerper en decoratieschilder aan de slag te gaan bij Boch Frères Keramis, een van de grootste keramiekfabrikanten van België.
Innovaties onder leiding van Charles Catteau
Al snel nam deze keramiekingenieur de leiding over van het ‘Atelier de Fantaisie’, de afdeling voor alles wat niet onder serviesgoed of toiletartikelen viel. Catteau bracht een frisse wind in de productie van Keramis: de nog door de art nouveau beïnvloede vormen en decoraties gingen in het interbellum over in een sterkere geometrische stilering. De invloeden zijn divers en variëren van Afrikaanse kunst en kubisme tot Japanse, Chinese en Egyptische kunst en het oude Griekenland. Dankzij Catteau's innovaties op het gebied van decoraties en de samenstelling van kleuren, kleimassa's en glazuren produceerde de fabriek al snel op industriële schaal steengoed en fijn keramiek in art-decostijl. Het bereikte daarbij een kwaliteit en esthetiek die zeker vergelijkbaar was met handgemaakte stukken.
Vanaf 1922 produceerde Boch Frères Keramis voor belangrijke Parijse warenhuizen, waaronder La Maîtrise (Galeries Lafayette), gevolgd door Pomone (Au Bon Marché) en Primavera (Le Printemps). De deelname aan de Internationale Kunstnijverheidstentoonstelling in Parijs in 1925 (Catteau werd bekroond met een gouden medaille) en aan de Internationale Tentoonstelling in Luik in 1930 waren belangrijke mijlpalen voor het bedrijf.
In de loop van de jaren 1930 veranderde de vraag naar keramische objecten: de geometrische stilering maakte geleidelijk weer plaats voor naturalisme en classicistische vormen keerden terug. Na 1935 deed Catteau het wat rustiger aan, maar hij bleef tot zijn pensionering in 1946 in dienst van het bedrijf.
Drie creatieve fasen
Het is vaak moeilijk om de vazen chronologisch te ordenen, omdat gedateerde stukken zeldzaam zijn. Dankzij de uitgebreide, bewaard gebleven documentatie (waaronder tekeningen, gravures, stempels en aantekeningen) en vooral de nummering van de verschillende decoraties kon er toch een chronologie van hun ontstaan worden opgesteld. De decoraties hadden echter een lange levensduur en de vazen werden vaak gedurende meerdere jaren geproduceerd.
De vaas van fijn steengoed met fruitfries en blauwe strepen draagt het decoratienummer D745. De eerste productie van dit decoratiestuk dateert uit 1923. De eenvoudige, elliptische vaas (vorm F899) is uitgevoerd in een witte basiskleur met craquelé-effect. Deze versiering behoort vandaag tot de bekendste van Catteau. Hij experimenteerde met verschillende technieken om ze harmonieus aan te brengen op verschillend gevormde objecten zoals vazen, bonbonnières en schalen.
Heel anders is het bij de twee andere vazen van fijn steengoed met zeldzame decoraties. Bij de vaas in achthoekige vorm – een uitgesproken modern, maar bij Keramis zelden gebruikt ontwerp – wordt de geometrische grafische decoratie uit 1929 (D1285, F1070) gecombineerd met een palet van aardse, matte glazuurkleuren en groene accenten. Hier domineert de invloed van de abstractie. Een identiek exemplaar van deze vaas werd in 1930 tentoongesteld op de Internationale Tentoonstelling in Luik op de locatie Droixhe.
Herten en reeën zijn een populair motief in de art deco. Reeën (of “damherten”) verschijnen al vroeg in het repertoire van Catteau en, als direct gevolg van hun verkoopsucces, in bijna het hele spectrum van vormen (borden, asbakken, schalen, monumentale vazen, enz.). Catteau varieert het motief vervolgens in verschillende varianten. De dieren worden meestal afgebeeld in glanzend blauwe glazuur. Deze bijzondere variant in matte, watergroene tinten is echter later ontstaan. Het decor kan worden gedateerd op het jaar 1932 (D1553, F1193). Deze vaas markeert al het begin van de post-art-decoperiode en een progressieve verschuiving naar een meer naturalistische stijl, zonder enige contourlijnen. De silhouetten zijn echter altijd vereenvoudigd en vertonen een dynamiek die de afgebroken bewegingsfasen van een hert in een eindeloze sprint oproept.
Carmen Genten
Conservator van de afdeling decoratieve kunst, Grand Curtius.
Plaats in de tentoonstelling
De tentoongestelde stukken zijn te zien in de vitrine van het voorwerp van de maand. Inkomhal van het museum Grand Curtius in Luik.
Bibliografie
Allard Dominique (dir.), Catteau. Donation Claire de Pauw - Marcel Stal, Koning Boudewijnstichting, Brussel, 2001.
Marc Pairon (dir.), Art deco ceramics made in Belgium : Charles Catteau, Stichting Charles Catteau, Aartselaar, 2006.
Bijschriften bij de vazen (van links naar rechts)
Vaas – fijn steengoed
Decor uit 1923
Collectie Grand Curtius, Luik (inventarisnr. 91/4)
Schenking van mevrouw Rossion, 1991
Achthoekige vaas – fijn steengoed
Decor uit 1929
Collectie Grand Curtius, Luik (inventarisnr. 87/28)
Vaas met damhertmotief – fijn steengoed
Decor uit 1932
Collectie Grand Curtius, Luik (inventarisnr. 88/7)
Voor meer informatie kunt u onze collecties raadplegen op het portaal van de Musea van Luik.